‘Dat ziet er wel eng uit’, zegt Hamit Karakus, de Rotterdamse wethouder van wonen, ruimtelijke ordening, vastgoed en stedelijke economie. Op het dienblaadje voor hem ligt een gefrituurde sprinkhaan. Hij aarzelt. ‘Jullie eten allemaal al anderhalve kilo insecten per jaar’, moedigt Moniek Merkx, artistiek leider van Maas theater en dans, hem aan. ‘Sprinkhanen heten ook wel E120 en worden gebruikt als rode kleurstof in snoep.’ Als Karakus vervolgens de sprinkhaan doorslikt, is het voormalige theater van het Onafhankelijk Toneel officieel heropend als Maaspodium.