Het toneel staat vol. Met ogenschijnlijk willekeurige rommel. Een autoband, karren waarmee in supermarkten de nieuwe producten worden rondgereden, asbakken, koffiekannen, een tafeltje, ergens hangt een bak om een voetbad mee te nemen. De boel oogt als een volgepropte schuur. En dan begint er iets te vallen. Een bezemsteel. En daardoor vliegt er troep in het rond. Een po waar helikopterzaadjes uit dwarrelen. Een ballon knalt, er komt rook uit een koelbox, de wereldbol valt van de pvc buis. De chaos wordt nog grotere chaos en het geluid (geknal, geraas) neemt allengs toe.