Recensie Cultura Nova

gepubliceerd in: 
NRC
gepubliceerd op: 
04/09/2014

Vragen over vergankelijkheid, loslaten en troost; De dunne draad van het leven wordt op Cultura Nova kernachtig geraakt in prikkelende ervaringen op onverwachte locaties.
In Alice van Toneelgroep Maastricht loopt iedere toeschouwer in zijn eentje door een verzorgingstehuis. De rustige stem van Ali Ben Horsting leidt je via een koptelefoon langs de kamers die iedere vier jaar wisselen van bewoner. De stem wordt zo nu en dan onderbroken door die van ‘Alice’, verdwaald in de tijd, verdwaald in het tehuis. Andere bewoners vertellen dat ze ‘bejaard’ zo’n raar woord vinden, dat ze zich geestelijk 25 voelen, maar fysiek 81 zijn en hopen dat de mensen dat begrijpen. Mijnheer Joachims heeft samen met de Amerikanen Auschwitz bevrijd en in de gemeenschappelijke ruimte zing je mee met ‘Och was ik maar, bij moeder thuis gebleheven’. En overal ruikt het zoals het in verzorgingstehuizen ruikt: schoon en muf tegelijk. Wat begint als de bezichtiging van een plek waar je vooralsnog een bezoeker met gepaste afstand bent, eindigt op dat ene moment in het leven dat iedereen zal passeren: het afscheid van wat je gedaan hebt en wie je bent geweest. Alice brengt dat moment op een ontroerende manier dichtbij.
Minder persoonlijk, maar niet minder ontroerend is de jeugdvoorstelling Rotgod van Hoge Fronten. In een leegstaande, met graffiti bespoten kerk ontmoeten twee vrienden elkaar na 25 jaar om een beetje gitaar te spelen. Maar wat als olijke reünie was bedoeld, ontaardt in een wezenlijke discussie over God, geloven en de pijnlijke bijkomstigheden van het leven. De een wíl geloven, de ander gelooft pertinent niet. De een heeft voorgevoelens, de ander zoekt bewijzen. Met deze twee kibbelende vrienden, een vanzelf spelend orgel en een zwerfster in een vuilniszak die best eens God zou kunnen zijn, (‘vreemd betekent niet dat ’t niet waar is’), zet regisseur Lieke Benders vele vanzelfsprekendheden over geloven, religie en ‘het goede leven’ op losse schroeven. Ze houdt er maar eentje overeind: Als geloven in die ‘Rotgod’ al iets doet, dan is het troosten. En ‘dat helpt. Nou ja. Een beetje.’